Doel 10.1.1 We voeren een solide financieel beleid

Activiteiten

Gemeentefondsuitkeringen
Het gemeentefonds is de grootste inkomstenbron van de gemeenten en wordt door het rijk aan de gemeenten verstrekt. De ontwikkeling ervan bepaalt daarom in belangrijke mate de financiële ruimte voor de gemeente.
Gemeenten ontvangen op drie tijdstippen in het jaar de informatie over de gemeentefondsuitkeringen: in mei op basis van de Voorjaarsnota, in september op basis van de Miljoenennota en in december, ter afronding van het lopende jaar, op basis van de Najaarsnota van het rijk.
Binnen het gemeentefonds worden de volgende soorten uitkeringen onderscheiden:

  • Algemene uitkering: Dit betreft de uitkering aan alle gemeenten, die ten goede komt aan de algemene middelen van de gemeenten. .
  • Integratie-uitkeringen: Een integratie-uitkering wordt toegepast als overheveling van rijksbudget naar de gemeenten voor een bepaalde taak niet aansluit bij de bestaande verdeling van de algemene uitkering. De integratie-uitkering voorziet dan veelal in een geleidelijke overgang naar de algemene uitkering. Zo zijn de onderdelen jeugd, Wmo en re-integratie met ingang van 2019 overgeheveld naar de algemene uitkering.
  • Decentralisatie-uitkeringen:  De verdeling van de decentralisatie-uitkering volgt, net als de integratie-uitkering, evenmin de regels van de verdeling van de algemene uitkering van het Gemeentefonds. Anders dan bij de integratie-uitkering, waar de termijn van overheveling naar de algemene uitkering van tevoren vaststaat, ontbreekt bij de decentralisatie-uitkering een dergelijke termijn. Dat maakt de uitkering geschikt voor de overheveling van specifieke uitkeringen, ook als die termijn nog niet bekend is. Ook maakt het de uitkering geschikt voor middelen die slechts tijdelijk beschikbaar zijn of middelen die slechts aan één of niet alle gemeenten beschikbaar wordt gesteld.

Bovenstaande uitkeringen hebben alle het karakter van vrij besteedbare middelen. Echter de decentralisatie-uitkeringen bestaan uit een zeer divers scala aan uitkeringen (voorheen specifieke- of doeluitkeringen) en kunnen in bepaalde gevallen gebaseerd zijn op prestatieafspraken en zijn daarmee minder of niet vrijblijvend. Ook ontvangt Zwolle enkele decentralisatie-uitkeringen uit hoofde van centrumgemeenten.
De inkomsten via het gemeentefonds zijn in 2019 geraamd op € 293 miljoen en omvat daarmee meer dan de helft (55%) van de gemeentelijke inkomsten. Over de uitkomsten van de mei- en septembercirculaire bent u als raad via afzonderlijke informatienota’s geïnformeerd. De effecten van deze circulaires zijn in de begroting verwerkt.
De ontwikkeling van het gemeentefonds is één van de grootste risico’s binnen de begroting. Deels omdat de omvang van het fonds gekoppeld is aan de rijksuitgaven volgens de trap op trap af normeringssystematiek (accres), anderzijds door de afhankelijkheid van ontwikkelingen in andere gemeenten, zoals de verdeelsystematiek en de onderbenutting van het btw-compensatiefonds.
Daarnaast vindt de komende jaren een evaluatie plaats van de verdeelmodellen sociaal domein en een heroverweging van de financiële verhoudingen, die moeten uitmonden in een herschikking van de middelen ingaande 2021. Hierbij is het risico op herverdeeleffecten reëel aanwezig..

Gemeentelijke belastingen
Onder de algemene dekkingsmiddelen vallen de heffing en  invordering van een aantal gemeentelijke belastingen (OZB, baatbelasting, toeristenbelasting, en precariobelasting).  De totaalopbrengst bedraagt ca. € 40 miljoen  en is voor 99% toe te schrijven aan de OZB.  De parkeerbelastingen zijn onder programma 6 verantwoord.

Tarievenbeleid
Het tarievenbeleid is opgenomen in de verplichte paragraaf lokale heffingen en de tarievennota 2019. In 2019 stijgt het OZB tarief  voor woningen en niet-woningen met een inflatiepercentage van 2,7%.  De precariobelasting is eveneens met 2,7% verhoogd. Het  tarief voor de toeristenbelasting is ongewijzigd gebleven.

Uitvoering Wet WOZ en heffingen en innen van lokale belastingen
De uitvoering van de Wet WOZ en de heffing en inning van de OZB en overige heffingen is sinds 2014 belegd bij de gemeenschappelijke regeling GBLT. Via het document "reis naar de toekomst" werkt GBLT verder aan haar dienstverlening. Het versimpelen van de uitgaande brieven en het verder opleiden van de KCC medewerkers zijn opgepakt. Het streven is om de kwalificering “goed” door de Waarderingskamer te behalen. De komende jaren zal er gewerkt worden aan de systeem wijziging van het waarderen van WOZ-objecten op basis van m3 naar m2 ( van inhoud naar oppervlakte). Hierdoor sluit de WOZ beter aan op de Basisregistratie adressen en gebouwen (BAG) waar ook met m2 wordt gewerkt. De gegevens in de Landelijke Voorziening (LV) WOZ dient verder verbeterd te worden waarin de samenwerking met de BAG maar ook met de deelnemers op het gebied van vergunningsvrij bouwen belangrijk is. De pilot "voormeldingen" zal verder worden ingevoerd waardoor steeds meer burgers vroegtijdig betrokken worden bij het proces van waardering met o.a. als doel het voorkomen van bezwaarschriften.

Woonlastenontwikkeling
De ontwikkeling van de woonlasten (OZB, afvalstoffenheffing en rioolrechten) is 2019 is gelijk aan het inflatiepercentage van 2,7% In de verplichte paragraaf lokale heffingen is verdere toelichting opgenomen.

Dividenden
De gemeente ontvangt dividenden (winstuitkeringen) vanwege haar deelname in de volgende organisaties: Bank van Nederlandse gemeenten, Enexis, Vitens, Rova, Wadinko. De verwachte opbrengst is €  1,2 miljoen. De bovenstaande deelnemingen vallen onder het begrip verbonden partijen en zijn nader toegelicht in de verplichte paragraaf verbonden partijen

Renteresultaat / financieringsfunctie
In de verplichte paragraaf financiering wordt de financieringsfunctie, het aantrekken van geldleningen, de rentekosten et cetera, uitgebreid toegelicht. Het renteresultaat van de financiering wordt op het programma algemene dekkingsmiddelen geraamd en verantwoord en bedraagt voor 2019 € 0,6 miljoen.
Met ingang van 2017 is de vernieuwde wetgeving omtrent de interne rente toerekeningsystematiek van kracht. Het gevolg van de wijziging is dat de thans gehanteerde berekening van de omslagrente (de rente die intern wordt doorbelast aan de verschillende begrotingsonderdelen) anders moet worden bepaald. De rente toerekening aan de grondexploitaties  wordt gelijkgesteld aan de fiscaal toegestane rentetoerekening aan de grondexploitaties in het kader van de vennootschapsbelasting en de berekening van de omslagrente is de resultante van de totaal te betalen rente minus toerekening aan grondexploitaties en minus rente die direct gekoppeld is aan een project.
Als onderdeel van de financieringsfunctie worden ook de rentelasten en baten betreffende verstrekte geldleningen op dit programma geraamd. Dit betreft onder andere de in het verleden verstrekte geldleningen aan de woningbouwcorporaties. De leningen worden in de komende jaren verder afgebouwd.

Vennootschapsbelasting
De wet modernisering vennootschapsbelasting overheidsbedrijven (Vpb) leidt ertoe dat overheidsinstellingen vanaf 2016 voor ondernemingsactiviteiten belastingplichtig zijn voor de vennootschapsbelasting. Voor Zwolle vallen de grondexploitatie en het slagboom parkeren onder deze belastingplicht. Als gevolg van de positieve ontwikkelingen op de grondexploitaties verwachten vennootschapsbelasting te moeten betalen, voorlopig ingeschat op € 0,15 miljoen.  

Post onvoorzien
In het Besluit Begroting en Verantwoording is vastgelegd dat iedere gemeente een post onvoorzien in haar begroting moet opnemen. De post onvoorzien (incidenteel) ramen wij op € 0,5 miljoen. en maakt onderdeel van het weerstandsvermogen. Zie de verplichte paragraaf weerstandsvermogen en risico's.

Concern brede stelposten
Daarnaast worden de concern brede stelposten hier begroot. Het gaat om posten waarvan de toedeling naar de programma’s nog plaats moet vinden. De volgende stelposten zijn geraamd:

  • Behoedzaamheidsmarge transformatieopbrengsten sociaal domein € 2,0 miljoen.
  • Loon- en prijscompensatie sociaal domein vanuit het rijk voor het jaar 2019 ingeschat op € 1,5 miljoen. In de meicirculaire 2019 worden de definitieve bedragen bekend. Vanaf 2020 vindt geen afzonderlijke compensatie via het rijk meer plaats.
  • De van het rijk ontvangen middelen van armoede en schulden (meicirculaire 2018) zijn voor € 167.000 op de stelpost geparkeerd.
  • Voor de verhoging van het btw-tarief van 6% naar 9% is € 100.000 op stelpost geraamd, bij eerste wijziging op de begroting vindt de verdeling naar de programma's plaats.
  • Voor de aanzuigende werking op de zorgkosten vanwege de invoering van het abonnementstarief eigen bijdrage ramen wij voorlopig een stelpost van € 0,3 miljoen in 2019 daarna oplopend naar € 1 miljoen.
  • Voor bekostiging onderhoudslasten bij inbreidingslocaties resteert een stelpost van € 10.000 en overige mutaties in de onderhoudslasten van per saldo -€ 16.000.

Reserve verrekeningen
Algemene verrekeningen met de concernreserves worden via het programma algemene dekkingsmiddelen geraamd. Specifieke stortingen / onttrekkingen aan reserves voor programma-uitgaven worden direct op het betreffende programma geraamd. In 2019 is een onttrekking uit de reserve incidentele bestedingen geraamd van € 1.177.500, die voor € 1,0 miljoen betrekking heeft op de gefaseerde ingroei van de bezuiniging op inwonersondersteuning en het restant betreft de dekking van de eenmalige kosten voor klantcontactcentrum en projectleider adresfraude conform besluitvoering bij de Perspectiefnota 2018 - 2021.

Toelichting op realisatie activiteiten

Gemeentefondsuitkeringen
Via de informatienota's over mei-, september- en decembercirculaire hebben wij u over de ontwikkelingen aangaande het gemeentefonds geïnformeerd. De uitkering via het gemeentefonds is in 2019 met € 21 miljoen toegenomen tot € 303 miljoen. In 2019 zijn de uitkeringen in het kader van de decentralisatie taken jeugd en Wmo herverdeeld over de uitkeringen in het gemeentefonds. Onderdelen van jeugd, Wmo en reïntegratie zijn samengevoegd met de algemene uitkering. Voogdij/18+, WSW en nieuwe doelgroepen en Beschermd Wonen blijven een integratie uitkering.
In 2019 ontvingen we € 187 miljoen via de algemene uitkering, € 95 miljoen via de drie integratie-uitkeringen en  € 21 miljoen via 31 decentralisatie-uitkeringen. Hoewel de decentralisatie-uitkeringen, evenals de algemene- en integratie-uitkeringen, vrij inzetbaar zijn worden de gelden ingezet voor het doel waarvoor ze zijn ontvangen.

Risico’s algemene uitkering gemeentefonds
In 2019 is het rijk een onderzoek gestart om te komen tot een herverdeling van het gemeentefonds. Begin 2020 zijn kwamen de eerste uitkomsten bekend, maar bleek ook dat er op enkele aandachtsgebieden nog vragen zijn, waarop in de loop van 2020 duiding moet komen. De uitkomsten van de herverdeling worden naar huidige inzichten eind 2020 bekend en gaan in per 1 januari 2022.

Tarievenbeleid
Ten opzichte van de Begroting 2019 zijn geen aanpassingen op de tarieven doorgevoerd.

WOZ
De belastingoplegging is nagenoeg volgens productieplanning uitgevoerd. Dit is het effect van de verbeterde datakwaliteit en de inhaalslag op oude jaren. GBLT heeft in 2018 meer belasting opgelegd dan in voorgaande jaren. De invordering verliep voorspoedig. Het debiteurensaldo is gedaald. In 2018 zijn diverse vooronderzoeken gestart naar de mogelijkheden van sociaal invorderen binnen GBLT.
Het aantal klantencontacten is afgenomen. Dit is een signaal dat producties van GBLT bij de klanten minder vragen of bezwaren oproepen. In 2018 is het aantal digitale contacten en het gebruik van de Berichtenbox net als vorig jaar toegenomen. Dat leidt niet tot dalende kosten voor het klantenverkeer. De medewerkers besteden meer tijd per contact om de klant in één keer goed te helpen. In 2018 is er een klantreisonderzoek uitgevoerd. Bij dit onderzoek zijn de wensen en behoeften van klanten over dienstverlening in kaart gebracht. In 2019 wordt gestart met de uitvoering van de verbeteracties.
GBLT werkt aan de processen van gegevensbeheer. Dit resulteert in een afname van uitval van productie.
In oktober is besloten om de aanbesteding van de belastingapplicatie opnieuw te doen. Het gevolg hiervan is een jaar vertraging. Voor de productie heeft dat geen nadelige gevolgen. Met de nieuwe belastingapplicatie streeft GBLT naar het loskoppelen van de gegevens van het belastingsysteem. Dit maakt ons flexibeler en daardoor beter in staat de processen verder te optimaliseren.  
Ten opzichte van de beleidsrapportages eerder in 2018 bevat de jaarrekening geen verrassingen en dat is een bevestiging dat GBLT de belastinguitvoering steeds beter beheerst.
Het aantal klachten is met 12% toegenomen t.o.v. 2017.  Het aantal klachten dat formeel is afgehandeld is afgenomen met 65%.
GBLT heeft in 2018 22% minder bezwaren ontvangen dan in 2017.

Concernstelposten
De concernstelposten behoedzaamheidsmarge sociaal domein en volumeontwikkelingen Wmo en jeugd zijn via de Berap 1 en 2 nagenoeg geheel in 2019 verrekend met de budgetten voor Wmo en jeugd.

Vennootschapsbelasting
De Belastingdienst moet de openingsbalans per 1-1-2016 en de jaarresultaten voor wat betreft de ondernemersactiviteiten nog definitief vaststellen. Over de jaren 2016 en 2017 is inmiddels definitieve aangifte gedaan. Omtrent de openingsbalans is er verschil van waardering c.q. wijze van vaststelling tussen de Belastingdienst en de gemeente. Het verschil tussen beide partijen is als risicopost in de risicoparagraaf opgenomen.

In onderstaand overzicht wordt op doelniveau de volgende informatie gepresenteerd:

  • De totaalbedragen die door de raad beschikbaar zijn gesteld voor 2019, opgedeeld naar:
    • Vastgestelde begroting 
    • Begrote kredieten die in 2019 via exploitatie worden verantwoord
    • Vastgestelde begrotingswijzigingen
  • De jaarrekeningcijfers
  • Het voordelige (+) of nadelige (-) resultaat ten opzichte van de begrote bedragen

Baten en lasten

Lasten

Baten

Toevoeging aan reserves

Onttrekking aan reserves

Saldo

Vastgestelde begroting

2.028.957

333.205.904

357.350

18.812.884

+ mutaties projecten

0

0

0

0

+ begrotingswijzigingen

-13.506

13.617.973

24.033.438

21.997.672

Begroting t/m december

2.015.451

346.823.877

24.390.788

40.810.556

- Jaarrekening

2.276.027

349.120.933

41.953.413

41.776.441

Gerealiseerd resultaat programma 10

-260.576

2.297.056

-17.562.625

965.885

Saldo

-14.560.260

Specificatie:

Specificatie

Vastgestelde begroting

Begrotings-mutaties

Begroting tot en met december

Jaarrekening

Saldo

Lokale heffingen, waarvan besteding niet gebonden is

39.050.687

1.318.000

40.368.687

41.109.943

741.256

Algemene uitkeringen

293.260.000

8.724.432

301.984.432

303.524.700

1.540.268

Dividend

1.229.049

115.400

1.344.449

1.345.259

810

Saldo financieringsfunctie

528.695

253.640

782.335

833.044

50.709

Overige algemene dekkingsmiddelen

-2.241.484

3.155.007

913.523

177.047

-736.476

Vennootschapsbelasting

-150.000

0

-150.000

-145.086

4.914

Onvoorzien

-500.000

65.000

-435.000

0

435.000

Reserveverrekeningen

18.455.534

-2.035.766

16.419.768

-176.973

-16.596.741

Saldo

349.632.481

11.595.713

361.228.194

346.667.934

-14.560.260

Toelichting financiële verschilanalyse

De lasten zijn € 260.576 hoger en er wordt  € 17.562.625 meer toegevoegd aan de reserves. Omdat de baten ook € 2.297.056 hoger zijn en er ook € 965.885 meer wordt onttrokken aan de reserves wordt uiteindelijk een nadelig saldo van € 14.545.260 gerealiseerd. Het saldo van € 14.560.260 is gespecificeerd in het overzicht algemene dekkingsmiddelen.

Lokale heffingen (voordeel van € 741.000)
Het voordeel bij lokale heffingen van € 741.000 wordt voor een groot deel (€ 579.000) veroorzaakt door hogere OZB opbrengsten. Bij het onderdeel gebruikers niet-woningen zijn de opbrengsten hoger door in te zetten op leegstandscontroles. Het gaat dan met name om de jaren 2017 t/m 2019. Bij de eigenaren niet-woningen en woningen is het resultaat beperkt. Toeristenbelasting, precario en baatbelasting (afronding oude jaren) laten een voordeel zien van € 108.000. De uitvoering door GBLT laat een voordeel zien van € 53.000. Onderdeel hiervan is de bijdrage aan de Wet Digitale Overheid van € 25.000 die niet via GBLT loopt maar via een korting op de algemene uitkering.

Algemene uitkeringen (voordeel € 1.500.000)
Het voordeel op de algemene uitkering (gemeentefonds) van € 1,5 miljoen betreft de extra inkomsten via de decentralisatie-uitkeringen die via de decembercirculaire van het gemeentefonds in december 2019 aan de gemeente zijn uitgekeerd. De ontvangen gelden zijn budgettair neutraal in de jaarrekening verwekt, doordat de gelden op de betreffende programma’s zijn gereserveerd voor de uitvoering van het beoogde beleid.
Voor nadere informatie over de uitkomsten decembercirculaire gemeentefonds 2019 wordt verwezen naar de informatienota hierover aan de raad.

Saldo financieringsfunctie (voordeel € 51.000)
Een extra voordeel op rente voor korte leningen en iets minder kosten voor het afsluiten van geldleningen. Gezamenlijk € 51.000.

Overige algemene dekkingsmiddelen (nadeel €700.000)
Binnen de concernstelposten was een bedrag geraamd van circa € 1,2 miljoen aan verwachte inkomsten via de algemene uitkering. Het betreft € 0,9 miljoen in verband met verwachten bijstellingen in de verdeelmaatstaven en € 0,3 miljoen raming compensatie btw-compensatiefonds. Beide bedragen zijn niet via de algemene uitkering ontvangen.
Naast bovengenoemd nadeel is er binnen de concernstelpost een voordeel van € 0,5 miljoen, waardoor per saldo een nadeel ontstaat van € 0,7 miljoen. Het voordeel van € 0,5 miljoen bestaat onder andere uit de vrijval van het restant behoedzaamheidsmarge sociaal domein van € 0,1 miljoen, energiebesparing Led-verlichting openbare verlichting van € 0,15 miljoen en vrijval stelpost kapitaallasten van € 0,2 miljoen omdat de investeringen die hier betrekking op hebben pas geactiveerd worden in het jaar na gereedkomen.

Onvoorziene uitgaven (voordeel €435.000)
De post onvoorzien van €500.000 is voor € 65.000 aangesproken voor het voorbereidingskrediet locatieonderzoek Van der Capellenschool en cofinanciering lobby spoorverbinding Zwolle-Munster.

Reserveverrekeningen (nadeel € 16.600.000)
Op dit doel is € 17,6 miljoen meer toegevoegd aan de reserves en € 1,0 miljoen meer onttrokken. Er is meer toegevoegd aan de reserves omdat het voordelig MPV resultaat van € 17,3 miljoen, evenals voorgaande jaren, rechtstreeks in de algemene concernreserve wordt gestort, wat op dit doel zorgt voor een nadelig resultaat.

Daarnaast heeft er net als vorig jaar een doorlichting plaatsgevonden van de projecten en reserves nutvw. Middelen die konden vrijvallen door afronding van werkzaamheden zijn hierbij al zoveel mogelijk in de jaarrekening verwerkt. De projecten die nog op vrijval worden doorgelicht en posten die kunnen vrijvallen in verband met heroverweging van de uitvoering zullen worden voorgelegd bij het voorjaarsmoment. In de jaarrekening is al een bedrag van circa  € 725.000 vrijgevallen. Deze vrije algemene middelen vanuit de project-/ reservedoorlichting zijn vrijgevallen op dit doel in programma 10, waardoor een voordelig resultaat ontstaat.  Het betreft onder andere:

  • € 317.000 vrijval risico hulp bij huishouden, €85.000 risico tegenvallers dagbesteding en €25.000 maatschappelijke opvang vanuit de reserve nog uit te voeren werken sociaal,
  • € 226.000 ruimtelijke plannen, €26.000 mobiliteit vanuit de reserve nog uit voeren werken fysiek,
  • € 12.000 vanuit de reserve nog uit te voeren werken bestuur en organisatie.
  • de volledige lijst met incidentele en structurele vrijval 2019 en 2020 zal worden voorgelegd bij de Berap 2020-1

Kredieten

Dit doel bevat in de Begroting 2019 geen projecten waarover gerapporteerd wordt.

Toelichting realisatie kredieten

Niet van toepassing, dit doel bevat in de begroting en rekening 2019 geen projecten.

In onderstaand overzicht wordt voor dit doel inzicht gegeven in de financiële stand van zaken van (meerjarige) kredieten die de Raad tot en met 2019 beschikbaar heeft gesteld.

De reeds verwerkte afzonderlijke kredietmutaties per doel worden gepresenteerd in het overzicht restantkredieten.

Project

Omvang krediet tot en met 2019

Gerealiseerd tot en met 2018

Bestedingen 2019

Restantkrediet
31 december 2019

Niet van toepassing

Totaal

-

-

-

-

Toelichting kredieten

Niet van toepassing, dit doel bevat in de begroting en rekening 2019 geen projecten.

ga terug
Deze pagina is gebouwd op 07/01/2020 09:56:41 met de export van 07/01/2020 09:51:59